neerlandés » alemán
Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: even , eten , eren , een , elan , eens , eend , ene , ezel , egel , edel , erin , leen , els , elk y/e elf

elan [elɑ̃] SUST. nt geen pl.

een1 <enen> [en] SUST. f

1. een (getal):

een
Eins f

2. een (cijfer, als maatstaf voor prestaties):

een
Sechs f

eren <eerde, h. geëerd> [erə(n)] V. trans.

1. eren (eer(bied) bewijzen):

Ehre erweisen +dat.

3. eren (hoger aanzien verlenen):

eten1 [etə(n)] SUST. nt geen pl.

even1 [evə(n)] ADJ. (door twee deelbaar)

elf1 <elven> [ɛlf] SUST. f (cijferteken)

elf
Elf f

elk [ɛlk] PRON. indet. pron.

2. elk (zelfstandig; ieder(een)):

elk

els1 <elzen> [ɛls] SUST. f (gebogen priem)

els
Ahle f

er·in [ɛrɪn] ADV.

1. erin (plaats):

drin coloq.
steht es darin [o. da drin] ?

edel <edele, edeler, edelst> [edəl] ADJ.

2. edel (in zedelijk opzicht voortreffelijk):

3. edel (voortreffelijk in zijn soort):

edle Weine pl.

egel <egel|s> [eɣəl] SUST. m

ezel1 <ezel|s> [ezəl] SUST. m

2. ezel (persoon):

Esel m

ene PRON. indet. pron.

ene → een³

Véase también: een , een , een , een , een , een

een3 [en] PRON. indet. pron.

een2 <met klemtoon> [en] NUM.

een1 <enen> [en] SUST. f

1. een (getal):

een
Eins f

2. een (cijfer, als maatstaf voor prestaties):

een
Sechs f

eend <eend|en> [ent] SUST. f

2. eend AUTO. TRÁF.:

Ente f coloq.

Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski