neerlandés » alemán

Traducciones de „überdacht“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

Mostrar un resumen de todos los resultados

ver·dacht: adjetivo y adverbio
over·dracht: sustantivo
door·dacht: adjetivo y adverbio
ver·dach·te: sustantivo
on·be·dacht: adjetivo y adverbio
kle·der·dracht: sustantivo
aan·dacht: sustantivo
ge·bracht: verbo
ge·slacht: sustantivo
op·dracht: sustantivo
zee·macht: sustantivo
een·dracht: sustantivo
kern·macht: sustantivo
on·door·dacht: adjetivo y adverbio
voor·be·dacht: adjetivo y adverbio
der·de macht: sustantivo

Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: verdacht , overdracht , onbedacht , verdachte , doordacht , klederdracht , kernmacht , eendracht , zeemacht , opdracht , geslacht , gebracht , aandacht , derde macht , voorbedacht y/e ondoordacht

ver·dacht <verdachte, verdachter, verdachtst> [vərdɑxt] ADJ.

dat lijkt verdacht veel op …

das hat verdächtige Ähnlichkeit mit …

van diefstal verdacht

des Diebstahls verdächtig

een verdacht zaakje

eine anrüchige Sache

ik was niet op die uitval verdacht

ich war nicht auf den Ausfall vorbereitet [o. gefasst]

over·dracht <overdracht|en> [ovərdrɑxt] SUST. f

1. overdracht:

overdracht (het overdragen)

overdracht (het overdragen)

overdracht (van eigendom)

2. overdracht (taalgebruik):

door·dacht <doordachte, doordachter, doordachtst> [dordɑxt] ADJ.

in goed doordachte bewoordingen

mit wohldurchdachten Worten

ver·dach·te <verdachte|n> [vərdɑxtə] SUST. m en f

verdachte (vóór de strafvervolging)

Verdächtige(r) f(m)

verdachte (gedurende het onderzoek)

Beschuldigte(r) f(m)

verdachte (gedurende het proces)

Angeklagte(r) f(m)

on·be·dacht [ɔmbədɑxt] ADJ.

een onbedacht ogenblik

ein unbedachter Augenblick

kle·der·dracht <klederdracht|en> [kledərdrɑxt] SUST. f

klederdracht

Tracht f

nationale klederdracht

nationale klederdracht

nationale klederdracht

Nationaltracht f

aan·dacht [andɑxt] SUST. f geen pl.

Aufmerksamkeit f

aan iem/aan een zaak geen aandacht besteden

jdm/einer Sache keine Beachtung schenken

iets onder de aandacht brengen van iem

jdn auf etw acus. aufmerksam machen

iems aandacht op iets/iem vestigen

jdn auf etw/jdn aufmerksam machen

de aandacht trekken

die Aufmerksamkeit auf sich acus. ziehen

in de pers veel aandacht krijgen (boek, gebeurtenis)

in der Presse starke Beachtung finden

kinderen hebben veel aandacht nodig

Kinder brauchen viel Zuwendung

hij is onze aandacht waard

er verdient Beachtung

ge·bracht V.

gebracht volt. deelw. van brengen

Véase también: brengen

bren·gen <bracht, h. gebracht> [brɛŋə(n)] V. trans.

brengen (leiden)

het glas aan de lippen brengen

das Glas an die Lippen setzen

iem ertoe brengen dat hij …

jdn dazu bringen, dass er …

hij bracht zijn hand aan de pet

er legte die Hand an die Mütze

breng dat eens eventjes hier!

bring das mal her!

ik kom u iets brengen

ich bringe Ihnen etw

iets naar voren brengen

geld naar de bank brengen

Geld auf die Bank bringen

iem naar de tram/naar bed brengen

jdn zur Straßenbahn/ins Bett bringen

iets op papier brengen

etw zu Papier bringen

zich iets te binnen brengen

sich an etw acus. erinnern

wat zal de tijd ons brengen? fig.

was wird uns die Zukunft bringen?

dat bracht hen weer tot elkaar

das brachte sie wieder zusammen

dat bracht hen weer tot elkaar form.

das führte sie wieder zusammen

de mensen nader tot elkaar brengen

die Menschen einander näherbringen

het ver brengen

es weit bringen

ge·slacht <geslacht|en> [ɣəslɑxt] SUST. nt

1. geslacht:

geslacht (stamhuis, familie)

geslacht (stamhuis)

Haus nt

een adellijk geslacht

ein adliges Geschlecht

2. geslacht (sekse):

een kind van het mannelijk geslacht

ein Kind männlichen Geschlechts

het zwakke geslacht

das zarte [o. schwache] Geschlecht

3. geslacht:

Art f

Gattung f

geslacht (ras)

het menselijk geslacht

das Menschengeschlecht

4. geslacht (generatie):

geslacht rel.

Glied nt

van geslacht op geslacht

von Geschlecht zu Geschlecht

5. geslacht biol. (soort):

Gattung f

het geslacht van de muizen

die Familie der Mäuse

van hetzelfde geslacht

gleichgeschlechtlich

6. geslacht (geslachtsorgaan):

7. geslacht taalk.:

grammatische(s) Geschlecht nt

Genus nt espec.

het mannelijk/ vrouwelijk/ onzijdig geslacht

das männliche/weibliche/sächliche Geschlecht

op·dracht <opdracht|en> [ɔbdrɑxt] SUST. f

1. opdracht (taak):

Auftrag m

iem een opdracht geven tot de bouw van een villa

jdn beauftragen, eine Villa zu bauen

in opdracht van zijn chef

im Auftrag seines Chefs

een opdracht krijgen/uitvoeren

einen Auftrag bekommen/ausführen

2. opdracht (bewoordingen van toewijding):

Widmung f

een opdracht van de schrijver

eine Widmung des Verfassers

zee·macht <zeemacht|en> [zemɑxt] SUST. f

een·dracht [endrɑxt] SUST. f geen pl.

eendracht maakt macht provb.

Einigkeit macht stark

eendracht maakt macht, tweedracht breekt kracht provb.

Einigkeit ernährt, Zwietracht verzehrt

kern·macht <kernmacht|en> [kɛrmɑxt] SUST. f

on·door·dacht [ɔndordɑxt] ADJ.

ondoordacht

ondoordacht

voor·be·dacht [vorbədɑxt] ADJ.

met voorbedachten rade

moord met voorbedachten rade

vorsätzliche(r) Mord m

der·de macht [dɛrdəmɑxt] SUST. f geen pl.

derde macht

dritte Potenz f

derde macht (getal)

Consultar el diccionario

neerlandés

Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski