Traducciones de „welcher“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

wel·eer¹ [wɛler] SUST. nt

de tijden van weleer

die damalige Zeit

de vrienden van weleer

die einstigen [o. ehemaligen] Freunde

de vrienden van weleer

die Freunde von damals

wel·len <welde, h. geweld> [wɛlə(n)] V. trans.

gewelde boter

≈ zerlassene Butter f

wel·nee [wɛlne] INTERJ.

welnee

aber nein!

welnee

natürlich nicht!

welnee (sterker)

von wegen!

wel·ven <welfde zich, h. zich gewelfd> [wɛlvə(n)] V. wk ww

welven zich welven:

welven

sich wölben

wel·les [wɛləs] INTERJ.

welles

doch!

nietes! welles!

nein! doch!

wel·doen <deed wel, h. welgedaan> [wɛldun] V. intr.

weldoen

Gutes tun

weldoen

mildtätig sein

po·cher <pocher|s> [pɔxər] SUST. m

pocher

Prahler m

pocher

Angeber m

la·cher <lacher|s> [lɑxər] SUST. m

de lachers op zijn hand hebben

die Lacher auf seiner Seite haben

pin·cher <pincher|s> [pɪnʃər] SUST. m

pincher

Pinscher m

vou·cher <voucher|s> [vɑutʃər] SUST. m

voucher (tegoedbon)

Gutschein m

voucher (bewijs van betaling)

Voucher m nt nt

voucher (bewijs van betaling)

Buchungsbestätigung f

wer·ker <werker|s> [wɛrkər] SUST. m

werker

Arbeiter m

hij is een harde werker

er ist ein tüchtiger Arbeiter

een maatschappelijk werker

ein Sozialarbeiter m

serieuze werkers

gewissenhafte Arbeiter pl.

weer¹ [wer] SUST. f geen pl. (weerstand)

weer

Wehr f

weer

Widerstand m

vroeg in de weer zijn

früh auf den Beinen sein

hij is altijd in de weer

er ist immer beschäftigt

we·ver <wever|s> [wevər] SUST. m

wever

Weber m

wek·ker <wekker|s> [wɛkər] SUST. m

wekker

Wecker m

door de wekker heen slapen

den Wecker nicht hören

de wekker loopt af

der Wecker klingelt [o. rasselt]

de wekker op 8 uur zetten

den Wecker auf 8 (Uhr) stellen