neerlandés » alemán
Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: bedrag , bedrog , gedrag , eindbedrag , beslag , beklag , gedrang , bedroog , spinrag y/e verdrag

ge·drag [ɣədrɑx] SUST. nt geen pl.

2. gedrag (wijze van reageren op de omgeving):

be·drog [bədrɔx] SUST. nt geen pl.

2. bedrog (bedrieglijke voorstelling):

eind·be·drag <eindbedrag|en> [ɛindbədrɑx] SUST. nt

ver·drag <verdrag|en> [vərdrɑx] SUST. nt

spin·rag [spɪnrɑx] SUST. nt geen pl.

be·droog V.

bedroog 3. pers. sing. imperf. van bedriegen

Véase también: bedriegen

be·drie·gen <bedroog, h. bedrogen> [bədriɣə(n)] V. trans.

2. bedriegen (ontrouw zijn):

ge·drang [ɣədrɑŋ] SUST. nt geen pl.

1. gedrang (het opeen-, samendringen):

2. gedrang (menigte):

be·klag [bəklɑx] SUST. nt geen pl.


Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski