neerlandés » alemán
Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: uitgommen , immens , inkomsten , bekommernis , neveninkomsten , vermommen , geklommen , geglommen , verdommen , gezwommen , opsommen , bekommerd , komkommer y/e jongmens

in·kom·sten [ɪŋkɔmstə(n)] SUST.

im·mens <immense, immenser, immenst> [ɪmɛns] ADJ.

uit·gom·men <gomde uit, h. uitgegomd> [œytxɔmə(n)] V. trans.

be·kom·mer·nis <bekommernis|sen> [bəkɔmərnɪs] SUST. f

jong·mens <jongelieden, jongelui> [jɔŋmɛns] SUST. m

1. jongmens (jonge man):

jongmens
junge(r) Mann m

2. jongmens (jonge mensen) pl.:

jongmens
junge(n) Leute pl.
jongmens
Jugendliche(n) pl.

kom·kom·mer <komkommer|s> [kɔmkɔmər] SUST. f

be·kom·merd [bəkɔmərt] ADJ.

op·som·men <somde op, h. opgesomd> [ɔpsɔmə(n)] V. trans.

ge·zwom·men V.

gezwommen volt. deelw. van zwemmen

Véase también: zwemmen

zwem·men <zwom, h./i. gezwommen> [zwɛmə(n)] V. intr.

ver·dom·men <verdomde, h. verdomd> [vərdɔmə(n)] V. trans.

1. verdommen (vertikken):

verdommen
sich weigern
dat verdom ik
ich denke nicht daran

2. verdommen (schelen):

verdommen
völlig wurs(ch)t sein

ge·glom·men V.

geglommen volt. deelw. van glimmen

Véase también: glimmen

glim·men <glom, h./i. geglommen> [ɣlɪmə(n)] V. intr.

4. glimmen (zichtbaar genieten):

glimmen
strahlen
hij glimt van trots/plezier
er strahlt vor Stolz/Freude

ge·klom·men V.

geklommen volt. deelw. van klimmen

Véase también: klimmen

klim·men <klom, h./i. geklommen> [klɪmə(n)] V. intr.

2. klimmen (rijdend, fietsend):

klimmen
klettern

4. klimmen (toenemen, vermeerderen):

klimmen
steigen

ver·mom·men <vermomde, h. vermomd> [vərmɔmə(n)] V. trans.

1. vermommen (verkleden):

vermommen
(sich) vermummen

ne·ven·in·kom·sten [nevə(n)ɪŋkɔmstə(n)] SUST. pl.

Consultar el diccionario

neerlandés

Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Consultar los diccionarios
Los más populares