Traducciones de „emballierend“ en el diccionario alemán » neerlandés

email·ˈlie·ren [emaˈjiːrən, emalˈ-] V. trans.

emaillieren

emailleren

re·bel·ˈlie·ren [rebɛˈliːrən] V. intr.

rebellieren

rebelleren

rebellieren

in opstand komen

rebellierende Truppen

rebellerende [o. muitende] troepen

gra·ˈvie·rend [graˈviːrənt] ADJ.

1. gravierend (belastend):

gravierend

belastend

gravierend

verzwarend

2. gravierend (ernsthaft):

gravierend

ernstig

gravierend

zwaarwegend

in·stal·ˈlie·ren² [ɪnstaˈliːrən] V. v. refl.

du hast dich hier hübsch installiert

je hebt je hier leuk geïnstalleerd [o. genesteld]

bril·ˈlie·ren [brɪlˈjiːrən] V. intr. elev.

brillieren

uitblinken

brillieren

schitteren

du·el·ˈlie·ren [duɛˈliːrən] V. v. refl.

duellieren

duelleren

tail·ˈlie·ren [taˈjiːrən] V. trans.

taillieren

tailleren

an·nul·ˈlie·ren [anuˈliːrən] V. trans. DER.

annullieren

annuleren

ap·pel·ˈlie·ren [apɛˈliːrən] V. intr.

1. appellieren elev. (sich auffordernd an jdn wenden):

appellieren

een beroep doen

appellieren

een oproep doen

appellieren

appelleren

an das Publikum appellieren

een oproep doen aan het publiek

an jds Gewissen/Nächstenliebe appellieren

op iems geweten/naastenliefde een beroep doen

2. appellieren elev. veraltet DER. (Berufung einlegen):

appellieren

hoger beroep aantekenen

appellieren

appelleren

de·stil·ˈlie·ren [dɛstɪˈliːrən] V. trans.

1. destillieren:

destillieren

distilleren

2. destillieren fig.:

destillieren

distilleren

destillieren

afleiden

de·tail·ˈlie·ren [detaˈjiːrən] V. trans.

1. detaillieren:

detaillieren

detailleren

einen Plan detaillieren

de bijzonderheden van een plan geven

2. detaillieren ECON.:

detaillieren

en détail verkopen

mo·del·ˈlie·ren [modɛˈliːrən] V. trans.

1. modellieren (formen):

modellieren

modelleren

modellieren

vormen

2. modellieren (in einem Modell darstellen):

modellieren

een model maken van

modellieren

nabootsen

Produktionsprozesse modellieren

productieprocessen nabootsen

os·zil·ˈlie·ren [-ˈliːrən] V. intr. FÍS.

oszillieren

oscilleren

oszillieren

trillen

oszillieren

slingeren

ni·vel·ˈlie·ren [nivɛˈliːrən] V. trans.

1. nivellieren elev. fig. (einander angleichen):

nivellieren

nivelleren

2. nivellieren (planieren):

nivellieren

waterpassen

de·in·stal·ˈlie·ren [deʔɪnstaˈliːrən] V. trans. INFORM.

etw deinstallieren

de-installeren