Traducciones de „koe“ en el diccionario neerlandés » alemán

koe <koeien> [ku] SUST. f

1. koe (vrouwelijk rund):

koe

Kuh f

over koetjes en kalfjes praten fig.

über dieses und jenes reden

oude koeien uit de sloot halen fig.

alte Geschichten wieder aufrühren

men noemt geen koe bont, of er zit wel een vlekje aan provb.

es heißt keine Kuh Blümlein, sie habe denn ein Blesslein

men kan nooit weten hoe een koe een haas vangt provb.

≈ auch ein blindes Huhn findet mal ein Korn

2. koe (runderen) pl.:

koe

Kühe pl.

koe

Rinder pl.

de koe bij de hoorns vatten fig.

den Stier bei den Hörnern packen

3. koe coloq.:

koe (dom mens)

Rindvieh nt

koe (vrouw)

Kuh f

koe (man)

Ochse m

4. koe (wijfje van grote dieren):

koe

Kuh f

Ejemplos de uso para koe

een waarheid als een koe

eine Binsenwahrheit

de koe geeft geen melk meer

die Kuh gibt keine Milch mehr

de koe bij de hoorns vatten fig.

den Stier bei den Hörnern packen

de koe bij de hoorns pakken [o. vatten] fig.

den Stier bei den Hörnern packen

zo dom als het achtereind van een koe (varken)

dümmer als die Polizei erlaubt coloq.

men kan nooit weten hoe een koe een haas vangt provb.

≈ auch ein blindes Huhn findet mal ein Korn

men noemt geen koe bont, of er zit wel een vlekje aan provb.

es heißt keine Kuh Blümlein, sie habe denn ein Blesslein