neerlandés » alemán

ont·la·den1 <ontlaadde zich, h. zich ontladen> [ɔntladə(n)] V. wk ww

ontladen zich ontladen (zich bevrijden):

uit·la·den <laadde uit, h. uitgeladen> [œytladə(n)] V. trans.

pin·ge·laar <pingelaar|s> [pɪŋəlar] SUST. m (afdinger)

zon·ne·ba·den <zonnebaadde, h. gezonnebaad> [zɔnəbadə(n)] V. intr.

dwin·ge·lan·dij <dwingelandij|en> [dwɪŋəlɑndɛi] SUST. f

pin·ge·laar·ster SUST. f

pingelaarster forma femenina de pingelaar

Véase también: pingelaar

pin·ge·laar <pingelaar|s> [pɪŋəlar] SUST. m (afdinger)

zwaar·be·la·den [zwarbəladə(n)] ADJ.

ver·la·den <verlaadde, h. verladen> [vərladə(n)] V. trans.

ge·bra·den V.

gebraden → braden¹, → braden²

Véase también: braden , braden

bra·den2 <braadde, h. gebraden> [bradə(n)] V. intr.

bra·den1 <braadde, h. gebraden> [bradə(n)] V. trans.

up·gra·den <upgradede, h. geüpgraded> [ʏbɡredən] V. trans.

aan·ra·den <raadde aan/ried aan, h. aangeraden> [anradə(n)] V. trans.

ont·ra·den <ontraadde/ontried, h. ontraden> [ɔntradə(n)] V. trans.

aan·bra·den <braadde aan, h. aangebraden> [ambradə(n)] V. trans.

uit·bra·den V. trans.

uitbraden → uitbakken

Véase también: uitbakken

uit·bak·ken <bakte uit, h. uitgebakken> [œydbɑkə(n)] V. trans. kookk.

dwin·ge·land <dwingeland|en> [dwɪŋəlɑnt] SUST. m

klein·geld [klɛiŋɣɛlt] SUST. nt geen pl.


Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski