neerlandés » alemán

aan·slui·ten1 <sloot aan, h. aangesloten> [anslœytə(n)] V. trans.

aan·slui·ten2 <sloot aan, h. aangesloten> [anslœytə(n)] V. intr.

aansluiten
anschließen an +acus.
wilt u daar aansluiten?

aan·slui·ten3 <sloot zich aan, h. zich aangesloten> [anslœytə(n)] V. wk ww

aansluiten zich aansluiten:

aansluiten
zich bij de vorige spreker aansluiten

Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski