Traducciones de „behoede“ en el diccionario alemán » neerlandés

(Ir a neerlandés » alemán)

be·ˈhän·de [bəˈhɛndə] ADJ. elev.

behände

behendig

behände

vlug

behände

rap

Be·ˈhör·de <Behörde, Behörden> [bəˈhøːɐ̯də] SUST. f

Behörde

overheid

Behörde (Dienststelle)

bureau nt

be·ˈhe·ben V. trans. irreg.

1. beheben (beseitigen):

beheben

opheffen

beheben

uit de weg ruimen

beheben

verhelpen

beheben

herstellen

beheben

uit de wereld helpen

2. beheben austr. FIN. (abheben):

beheben

opnemen

beheben

afhalen

beheben

ophalen

ˈRee·de <Reede, Reeden> [ˈreːdə] SUST. f

Reede

rede

Reede

ree

Ge·ˈre·de <Geredes> [gəˈreːdə] SUST. nt kein pl.

1. Gerede (Geschwätz):

Gerede

geklets nt

Gerede

praatjes

Gerede

gezwam nt

böswilliges Gerede

achterklap

böswilliges Gerede

laster

dummes Gerede

kletspraatjes

jdn/etw ins Gerede bringen

iem/iets in opspraak brengen

leeres Gerede

geleuter

leeres Gerede

beuzelpraat

2. Gerede suizo (Gespräch):

Gerede

gesprek nt

Gerede

onderhoud nt

ˈSchwe·de (Schwe·din) <Schweden, Schweden> [ˈʃveːdə] SUST. m (f)

Schwede (Schwe·din)

Zweed(Zweedse) m (f)

(du) alter Schwede! hum.

ouwe jongen!

be·ˈre·den² V. v. refl.

bereden

spreken

bereden

overleggen

ˈbei·de [ˈb͜aidə] PRON. indet.

beide

beide

beide

alle twee

beide

allebei

beide

beiden

ich habe schon beides probiert

ik heb het al allebei geprobeerd