Traducciones de „viool“ en el diccionario neerlandés » alemán

vi·ool <vi|olen> [vijol] SUST. f

1. viool (strijkinstrument):

viool

Geige f

viool

Violine f espec.

hij speelt de eerste viool fig.

er spielt die erste Geige

hij speelt viool

er spielt Geige

2. viool (violist):

viool

Geiger m

hij is eerste viool

er ist erster Geiger

Ejemplos de uso para viool

hij is eerste viool

er ist erster Geiger

hij speelt viool

er spielt Geige

hij speelt de eerste viool fig.

er spielt die erste Geige

die viool is te laag gestemd

die Geige ist zu tief gestimmt

school voor de piano/de viool

Klavier-/Violinschule

een plaat/viool/racket in een hoes stoppen

eine Schallplatte/eine Violine/einen Schläger in eine Hülle stecken