neerlandés » alemán
Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: aandoen , voldoen , verdoen , nadoen , afdoen , indoen , vandaan , vangen y/e vandoor

aan·doen <deed aan, h. aangedaan> [andun] V. trans.

3. aandoen (een indruk geven):

5. aandoen (in werking stellen):

van·gen <ving, h. gevangen> [vɑŋə(n)] V. trans.

3. vangen coloq. (beetnemen):

4. vangen coloq. (verdienen):

van·daan [vɑndan] ADV.

1. vandaan (weg van):

weg

4. vandaan (verwijderd):

weg

in·doen <deed in, h. ingedaan> [ɪndun] V. trans.

na·doen <deed na, h. nagedaan> [nadun] V. trans.

2. nadoen (in stem, gebaren nabootsen):

ver·doen <verdeed, h. verdaan> [vərdun] V. trans.


Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski