Traducciones de „sleuren“ en el diccionario neerlandés » alemán

sleu·ren¹ <sleurde, h./i. gesleurd> [slørə(n)] V. intr. (traag verlopen)

sleuren

sich in die Länge ziehen

sleuren

sich hinziehen

die zaak blijft sleuren

die Sache zieht sich in die Länge

sleu·ren² <sleurde, h. gesleurd> [slørə(n)] V. trans.

sleuren (ruw slepen)

zerren

sleuren (over langere afstand schuivend slepen)

schleifen

iems naam door het slijk sleuren fig.

jds Namen durch den Schmutz ziehen

ze sleurden hem de auto in

sie zerrten ihn ins Auto

Ejemplos de uso para sleuren

die zaak blijft sleuren

die Sache zieht sich in die Länge

iem door het slijk sleuren fig.

jdn durch den Dreck [o. die Gosse] ziehen

iems naam door het slijk sleuren fig.

jds Namen durch den Schmutz ziehen

iem/iets door de modder sleuren fig.

jdn/etw in den Dreck ziehen