neerlandés » alemán

tail·le <taille|s> [tɑjə] SUST. f

mi·trail·leur <mitrailleur|s> [mitrajør] SUST. m

tail·le·ren <tailleerde, h. getailleerd> [tɑjerə(n)] V. trans.

huid·kleur <huidkleur|en> [hœytklør] SUST. f

knal·kleur <knalkleur|en> SUST. m

pas·tel·kleur <pastelkleur|en> [pɑstɛlklør] SUST. f

de·tail·le·ren <detailleerde, h. gedetailleerd> [detɑjerə(n)] V. trans.

1. detailleren (in bijzonderheden beschrijven):

2. detailleren (in details tekenen):

ge·de·tail·leerd1 <gedetailleerde, gedetailleerder, gedetailleerdst> [ɣədetɑjert] ADJ.

tail·le·wijd·te [tɑjəwɛɪtə] SUST. f geen pl.

dek·kleur <dekkleur|en> [dɛklør] SUST. f

jong·leur <jongleur|s> [jɔŋlør] SUST. m

huids·kleur SUST. f

huidskleur → huidkleur

Véase también: huidkleur

huid·kleur <huidkleur|en> [hœytklør] SUST. f


Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski