neerlandés » alemán
Los resultados a continuación se escriben de forma parecida: gezinshulp , gezindte , gezinszorg , verhuisauto , gezinsleven y/e gezinshoofd

ge·zins·hulp <gezinshulp|en> [ɣəzɪnshʏlp] SUST. f

1. gezinshulp (hulpverlening):

2. gezinshulp (persoon):

ge·zins·zorg <gezinszorg|en> [ɣəzɪnsɔrx] SUST. f (gereglementeerde zorg)

ge·zind·te <gezindte|n, gezindte|s> [ɣəzɪntə] SUST. f

ge·zins·hoofd <gezinshoofd|en> [ɣəzɪnshoft] SUST. nt

1. gezinshoofd (hoofd van een gezin):

2. gezinshoofd jur.:

ge·zins·le·ven [ɣəzɪnslevə(n)] SUST. nt geen pl.

ver·huis·auto SUST. m

verhuisauto → verhuiswagen

Véase también: verhuiswagen

ver·huis·wa·gen <verhuiswagen|s> [vərhœyswaɣə(n)] SUST. m


Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski