Traducciones de „ferienkurs“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

ef·fec·ten·beurs <effecten|beurzen> [ɛfɛktə(n)børs] SUST. f

effectenbeurs

Effektenbörse f

effectenbeurs

Wertpapierbörse f

in·fe·ri·eur¹ <inferieur|en> [ɪnferijør] SUST. m

inferieur

Untergebene(r) m

fer·vent <fervente, ferventer, ferventst> [fɛrvɛnt] ADJ.

fervent

leidenschaftlich

een fervent aanhanger

ein leidenschaftlicher Anhänger [o. Verfechter]

een fervent tegenstander

ein entschiedener Gegner

kroon·kurk <kroonkurk|en> [kroŋkʏrk] SUST. f

kroonkurk

Kron(en)korken m

tu·re·luurs [tyrəlyrs] ADJ.

tureluurs

verrückt coloq.

tureluurs

wahnsinning coloq.

het is om tureluurs te worden

das ist zum Verrücktwerden coloq.