Traducciones de „straalden“ en el diccionario alemán » neerlandés

(Ir a neerlandés » alemán)

ˈstran·den [ˈʃtrandn̩] V. intr. (auf Grund laufen)

stranden

stranden ook fig.

ˈstrah·len [ˈʃtraːlən] V. intr.

1. strahlen fig. a.:

strahlen (leuchten, ein freudiges Gesicht machen)

stralen

strahlen (glänzen)

schitteren

2. strahlen FÍS. (Radioaktivität abgeben):

strahlen

straling uitzenden

strahlende Materie

radioactieve stof

ˈstraf·fen¹ [ˈʃtrafn̩] V. trans.

1. straffen (straff anziehen):

straffen

strak(ker) maken

straffen

spannen

straffen

strak aantrekken

2. straffen fig. (präziser machen):

straffen

een strakkere lijn brengen in

straffen

stroomlijnen

ˈstraf·mil·dernd [ˈʃtraːfmɪldɐnt] ADJ.

strafmildernd

verzachtend

ent·ˈwal·den [ɛntˈvaldn̩] V. trans.

entwalden

ontbossen

ˈStrah·ler <Strahlers, Strahlers> [ˈʃtraːlɐ] SUST. m

1. Strahler (Ofen):

Strahler

straalkachel

2. Strahler (Leuchte):

Strahler

schijnwerper

3. Strahler:

Strahler FÍS., TÉC.

straler

ˈsträu·ben¹ [ˈʃtr͜ɔybn̩] V. trans.

sträuben

opzetten

sträuben

overeind doen staan

mit gesträubtem Fell

met de haren recht overeind

ˈstraf·los [ˈʃtraːfloːs] ADJ.

straflos

ongestraft

straflos

straffeloos

ˈstraf·frei ADJ.

straffrei

vrij van straf

straffrei

ongestraft

straffrei

straffeloos

ˈstram·peln [ˈʃtrampl̩n] V. intr.

1. strampeln (heftig treten):

strampeln

trappelen

2. strampeln coloq. (auf dem Fahrrad):

strampeln

trappen

strampeln

peddelen

3. strampeln coloq. (sich abmühen):

strampeln

zwoegen

strampeln

ploeteren