Traducciones de „ebbedauer“ en el diccionario alemán » neerlandés

(Ir a neerlandés » alemán)

be·ˈdau·ern [bəˈd͜auɐn] V. trans.

bedauern

betreuren

bedauern (bemitleiden)

beklagen

bedauern (bemitleiden)

medelijden hebben met

ich bedaure (sehr)!

het spijt me (ten zeerste)!

ˈLe·bens·dau·er SUST. f

Lebensdauer

levensduur

Be·ˈdau·ern <Bedauerns> [bəˈd͜auɐn] SUST. nt kein pl.

Bedauern

spijt

Bedauern

leedwezen nt

Bedauern (Mitleid)

medelijden nt

Bedauern (Mitleid)

medeleven nt

ˈAus·dau·er SUST. f

Ausdauer (Durchhaltevermögen)

uithouding(svermogen)

Ausdauer (Beharrlichkeit)

volharding(svermogen)

Ausdauer (Beharrlichkeit)

doorzetting(svermogen nt )

Ausdauer bei der Arbeit haben

bij het werk van doorzetten weten

ˈFlug·dau·er SUST. f

Flugdauer

vliegtijd

Flugdauer

duur van de vlucht

ˈHaft·dau·er SUST. f

Haftdauer

duur van de gevangenisstraf