Traducciones de „abgesperrt“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

ge·speend [ɣəspent] ADJ.

gespeend van

bar +gen.

gespeend van

ohne

ge·spe·ten V.

gespeten volt. deelw. van spijten

Véase también: spijten

spij·ten <speet, h. gespeten> [spɛitə(n)] V. intr.

spijten

leidtun +dat.

het speet ons dat …

es tat uns leid, dass …

het speet ons dat …

wir bedauerten es, dass …

om·ges·pen <gespte om, h. omgegespt> [ɔmɣɛspə(n)] V. trans.

omgespen

umschnallen

weg·ver·sper·ring <wegversperring|en> [wɛxfərspɛrɪŋ] SUST. f

wegversperring

Straßensperre f

be·spe·len <bespeelde, h. bespeeld> [bəspelə(n)] V. trans.

1. bespelen:

bespelen DEP., muz.

spielen

de snaren bespelen

die Saiten zupfen [o. streichen]

2. bespelen (invloed uitoefenen op):

bespelen

beeinflussen

bespelen

einwirken auf +acus.

een gehoor bespelen

die Zuhörer in seinen Bann ziehen [o. schlagen]

gevoelens bespelen

auf die Gefühle einwirken

iem weten te bespelen

wissen, wie man jdn einwickeln kann

be·speu·ren <bespeurde, h. bespeurd> [bəspørə(n)] V. trans.

bespeuren

(ver)spüren

bespeuren

bemerken

onraad bespeuren

Unrat wittern

ges·pen <gespte, h. gegespt> [ɣɛspə(n)] V. trans.

gespen (vastmaken)

(fest)schnallen

gespen (aangorden)

anschnallen

ge·spierd <gespierde, gespierder, gespierdst> [ɣəspirt] ADJ.

1. gespierd (krachtig, sterk):

gespierd

muskulös

2. gespierd (stijl):

gespierd

kraftvoll

gespierd

markig

gespierd

kernig coloq.

gespierde taal

kernige Sprache f

ge·spitst [ɣəspɪtst] ADJ.

1. gespitst (zich gespannen toeleggend):

gespitst

begierig

gespitst

gespannt erwartend

gespitst zijn op iets

begierig sein auf etw acus.

2. gespitst plantk.:

gespitst

spitz zulaufend