Traducciones de „goalgetster“ en el diccionario neerlandés » alemán

af·zet·ster SUST. f

afzetster forma femenina de afzetter

Véase también: afzetter

af·zet·ter <afzetter|s> [ɑfsɛtər] SUST. m

afzetter

Betrüger m

ge·niet·ster SUST. f

genietster forma femenina de genieter

Véase también: genieter

ge·nie·ter <genieter|s> [ɣənitər] SUST. m

genieter

Genießer m

door·zet·ster SUST. f

doorzetster forma femenina de doorzetter

Véase también: doorzetter

door·zet·ter <doorzetter|s> [dorzɛtər] SUST. m

doorzetter

Kämpfernatur f

bet·weet·ster SUST. f

betweetster forma femenina de betweter

Véase también: betweter

bet·we·ter <betweter|s> [bɛtwetər] SUST. m

betweter

Besserwisser m

lift·ster SUST. f

liftster forma femenina de lifter

Véase también: lifter

lif·ter <lifter|s> [lɪftər] SUST. m

lifter

Anhalter m

lifter

Tramper m

pleit·ster <pleitster|s> [plɛɪtstər] SUST. f

pleitster forma femenina de pleiter

Véase también: pleiter

plei·ter <pleiter|s> [plɛitər] SUST. m

pleiter (advocaat)

Anwalt m

pleiter (advocaat)

Verteidiger m

pacht·ster SUST. f

pachtster forma femenina de pachter

Véase también: pachter

pach·ter <pachter|s> [pɑxtər] SUST. m

pachter

Pächter m

op·licht·ster SUST. f

oplichtster forma femenina de oplichter

Véase también: oplichter

op·lich·ter <oplichter|s> [ɔplɪxtər] SUST. m

oplichter

Betrüger m

oplichter

Schwindler m

voor·zit·ster SUST. f

voorzitster forma femenina de voorzitter

Véase también: voorzitter

voor·zit·ter <voorzitter|s> [vorzɪtər] SUST. m

1. voorzitter (iem die een vergadering leidt):

voorzitter

Vorsitzende(r) m

2. voorzitter (leider van een verenigingsbestuur, partij):

voorzitter

Vorsitzende(r) m

voorzitter

Präsident m

de fungerende voorzitter

der amtierende [o. geschäftsführende] Vorsitzende