Traducciones de „dwaling“ en el diccionario neerlandés » alemán

dwa·ling <dwaling|en> [dwalɪŋ] SUST. f

1. dwaling (het dwalen):

dwaling

Irren nt

2. dwaling (vergissing):

dwaling

Irrtum m

een rechterlijke dwaling

ein Justizirrtum

in dwaling verkeren

in einem Irrtum befangen sein

3. dwaling (afwijking van het goede pad):

dwaling

Fehltritt m

dwaling

Verfehlung f

de dwalingen van zijn jeugd coloq.

seine Jugendsünden

Ejemplos de uso para dwaling

een rechterlijke dwaling

ein Justizirrtum

in dwaling verkeren

in einem Irrtum befangen sein

de gerechtelijke dwaling/moord

der Justizirrtum/Justizmord