Traducciones de „vermassend“ en el diccionario alemán » neerlandés

(Ir a neerlandés » alemán)

ver·ˈmas·seln [fɛɐ̯ˈmasl̩n] V. trans. coloq.

vermasseln

verprutsen

vermasseln

verknoeien

ver·ˈmes·sen³ V. v. refl. irreg.

1. vermessen (falsch messen):

vermessen

verkeerd meten

2. vermessen elev. (etw Unangemessenes sagen/tun):

vermessen

zich vermeten

vermessen

zich verstouten

ver·ˈmis·sen V. trans.

1. vermissen:

vermissen (das Fehlen bemerken)

missen

vermissen (jds Abwesenheit feststellen)

ontberen

2. vermissen (jds Abwesenheit bedauern, das Fehlen von etw bedauern):

vermissen

vermissen