Traducciones de „zer“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

zeer² <zere, zeerder, zeerst> [zer] ADJ. (pijnlijk)

zeer

schmerzend

zeer

schmerzhaft

iem tegen het zere been schoppen fig.

jdn vor den Kopf stoßen

zeur <zeur|en> [zør] SUST. m

zeur

Nörgler m pey.

zeur (jankerig)

Quengler m pey.

ze·ro¹ [zero] SUST. f geen pl.

zero

Null f

zerp [zɛrəp] ADJ.

zerp

säuerlich

zier [zir]

geen zier waard zijn

keinen Pfifferling wert sein coloq.

ik voel er geen zier voor

dazu bin ich nicht im Geringsten bereit

het kan mij geen zier schelen

es ist mir (völlig) einerlei

zich ergens geen zier van aantrekken

sich einen Pfifferling um etw kümmern coloq.

zonder een ziertje gevoel

ohne auch nur einer Spur von Gefühl