Traducciones de „vereinzelter“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

ver·een·zel·vi·gen <vereenzelvigde, h. vereenzelvigd> [vərenzɛlvəɣə(n)] V. trans.

vereenzelvigen

identifizieren

vereenzelvigen

gleichsetzen

twee begrippen vereenzelvigen

zwei Begriffe gleichsetzen

iem/iets vereenzelvigen met

jdn/etw identifizieren [o. gleichsetzen] mit

ver·eis·te <vereiste|n> [vərɛistə] SUST. nt of f

vereiste

Erfordernis nt

vereiste (voorwaarde)

Voraussetzung f

vereiste (gestelde eis)

Anforderung f

aan de vereisten voldoen

die Voraussetzungen erfüllen

aan de vereisten voldoen

den Anforderungen genügen

dat is een eerste vereiste

das ist eine Grundbedingung

talenkennis is een vereiste

Sprachkenntnisse sind erforderlich

ver·eer·ster SUST. f

vereerster forma femenina de vereerder

Véase también: vereerder

ver·eer·der <vereerder|s> [vərerdər] SUST. m

vereerder

Verehrer m

ver·ede·len <veredelde, h. veredeld> [vəredələ(n)] V. trans.

veredelen

veredeln

veredelen (door fokken)

hochzüchten

vruchten veredelen

Obst veredeln

ver·eer·der <vereerder|s> [vərerdər] SUST. m

vereerder

Verehrer m

ver·een·za·men <vereenzaamde, i. vereenzaamd> [vərenzamə(n)] V. intr.

vereenzamen

vereinsamen

ver·he·mel·te <verhemelte|n, verhemelte|s> [vərheməltə] SUST. nt

verhemelte

Gaumen m

ver·smel·ten¹ <versmolt, i. versmolten> [vərsmɛltə(n)] V. intr. (in elkaar over-, opgaan)

versmelten

verschmelzen

eicel en zaadcel versmelten

Eizelle und Samenzelle verschmelzen

ver·een·zel·vi·ging <vereenzelviging|en> [vərenzɛlvəɣɪŋ] SUST. f

vereenzelviging

Identifikation f

vereenzelviging

Identifizierung f