Traducciones de „onverbrekelijk“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

on·ver·bre·ke·lijk <onverbrekelijke, onverbrekelijker, onverbrekelijkst> [ɔnvərbrekələk] ADJ.

onverbrekelijk

unauflöslich

onverbrekelijk

unerschütterlich

onverbrekelijk

unverbrüchlich form.

de onverbrekelijke echt

die unauflösliche Ehe

zij waren onverbrekelijk met elkaar verbonden

sie waren unauflöslich miteinander verbunden

Ejemplos de uso para onverbrekelijk

zij waren onverbrekelijk met elkaar verbonden

sie waren unauflöslich miteinander verbunden