Traducciones de „toedragen“ en el diccionario neerlandés » alemán

toe·dra·gen¹ <droeg toe, h. toegedragen> [tudraɣə(n)] V. trans. (koesteren jegens)

toedragen

entgegenbringen

iem een goed hart toedragen

jdm wohlgesonnen sein

toe·dra·gen² <droeg zich toe, h. zich toegedragen> [tudraɣə(n)] V. wk ww

toedragen zich toedragen (gebeuren):

toedragen

sich zutragen

Ejemplos de uso para toedragen

iem een goed hart toedragen

jdm wohlgesonnen sein

iets een warm hart toedragen

einer Sache dat. zugetan sein

iem een goed/kwaad hart toedragen

jdm wohlgesinnt/übel gesinnt sein