Traducciones de „deerlijk“ en el diccionario neerlandés » alemán

(Ir a alemán » neerlandés)

deer·lijk [derlək] ADV.

1. deerlijk (deerniswekkend):

deerlijk

jämmerlich

deerlijk

erbärmlich

2. deerlijk (hevig):

deerlijk

schrecklich

een deerlijke misrekening

eine schreckliche Fehlkalkulation

een deerlijke misrekening fig.

eine schwere Enttäuschung